Breinkorf blogt.

‘Ze zijn zó uitgesproken!’

Als ik deze teamleider in de zorg vraag naar hoe het nou gaat met het team spreekt haar gezicht boekdelen, waarna zij verzucht: ‘Man, hou op, in mijn team zijn ze zó uitgesproken over van alles en nog wat!’ En ja, zegt zij, dat geeft onderling spanningen en fricties. Als ik doorvraag naar of de zorg aan cliënten daaronder te lijden heeft blijkt daar echter nauwelijks sprake van te zijn.

Het is alsof mijn vraag aan haar een gaatje in een tot de rand gevuld opblaasbadje heeft geprikt. Het duurt even voor het is leeggelopen.

Veel teamleden, vervolgt ze, poneren hun mening als een feit, punt. Inderdaad, geen komma, want waag het niet daar iets tegenover of naast te zetten. Daardoor ontaardt elk teamoverleg, informeel koffiemomentje of lunchgesprek in het stapelen van meningen of bekvechten. Als ik ze mijn observaties teruggeef hoor ik steevast ‘Dat mag ik toch wel vinden?’ of ‘Dat is nou eenmaal mijn mening!’ In mijn team is de heersende overtuiging over meningen dat het beter te geven is dan te ontvangen. Met ‘Het is veel geluid over en weer, maar van luisteren is geen sprake meer’ is haar badje wel leeg.

Vanachter een kop thee herpakt ze zich en stelt: ‘Dit kan zo niet langer!’ De vele veranderingen die op ons afkomen vereisen dat wij intensiever met elkaar gaan samenwerken. We kunnen het ons niet permitteren om er alleen maar van alles van te vinden. We zullen dingen anders moeten gaan dóen en daar hebben we elkaar voor nodig. Dáár moeten we het over hebben.

Deze teamleider erkent dat het tussen de teamleden niet meer stroomt; ze wisselen niet meer uit met elkaar omdat men het laat bij vrijheid van meningsuiting. Zinnen die beginnen met ‘Ik bén van mening …’ verraden dat niet jij een mening hebt, maar de mening heeft jou.

Om het in een team weer te laten stromen is het nodig dat je, letterlijk, je mening geeft: door ‘m even uit handen te geven, zodat de ander ‘m van alle kanten mag bekijken en bevragen. Pas dan kan er een gesprek ontstaan over hoe ieder vanuit zijn of haar perspectief aankijkt tegen een onderwerp. Alleen door weer te gaan uitwisselen – in het perspectief van de doelen van het team – is er ruimte voor ontwikkeling.

Met andere woorden: tel je zegeningen met een uitgesproken team, maar verlang van ze dat ze verschillen van inzicht met elkaar bespreekbaar maken.

Want een team met louter uitgesproken meningen is snel uitgesproken.